Hoe reageer jij als je honger hebt? Als ik honger heb, interpreteer ik dingen veel sneller op negatieve wijze en reageer ik veel pessimistischer. Veel mensen herkennen dit effect van honger bij zichzelf, bij anderen of van de Snickers reclame.
Maar honger kan ook andere dingen doen. Wetenschappelijk onderzoek toont aan dat honger iemands risicotolerantie verhoogt. Men is geneigd om risicovollere beslissingen te nemen.
Mijn eigen ervaring is ook dat het effect van honger niet altijd hetzelfde is. Als ik honger heb, kan in de ‘nee-modus’ raken waarbij ik geneigd ben overal ‘nee’ op te zeggen. Op andere momenten kan ik van bijna alles geïrriteerd raken maar alsnog geduldig reageren. Op weer andere momenten kan ik lekker aan het werk zijn en ver voorbij de lunchtijd doorgaan, zonder dat ik het idee heb dat de honger mij beperkte.
Drie variabelen die het effect van honger vormgeven
In de wetenschap zien we terug dat de invloed van honger vrij complex is en ook nog niet volledig begrepen wordt. Drie aspecten helpen ons beter te begrijpen:
- wat het effect kan zijn van honger op ons gedrag en
- waarom het effect van honger zo wisselend kan zijn
Aspect 1. Honger als ‘drive state’: Gedreven tot voedsel zoeken en vinden
Honger* is een ‘drive state’, een drijftoestand. Het is een staat die ons via fysieke en psychologische componenten motiveert om gedrag uit te voeren dat ervoor zorgt dat er weer homeostase of interne balans optreedt in ons lichaam. Andere voorbeelden van ‘drive states’ zijn dorst en slaperigheid.
Honger kan geactiveerd worden door meerdere factoren waaronder leging van de maag of laag glucoseniveau. Bij honger treden veranderingen op die de kans verhogen dat we aan voedsel komen, waaronder:
- Hogere risicotolerantie
- Voorkeur voor snelle beloning
- In de ‘nee-modus’ gaan

Hogere risicotolerantie: Honger zet aan tot gewaagde keuzes
Bij dieren is te zien dat ze bepaalde gevaarlijke gebieden alleen trotseren als er kans is op eten én ze honger hebben. Ook mensen zijn tijdens honger geneigd om risicovollere beslissingen te nemen voor het verkrijgen van voedsel. Opvallend genoeg geldt dit ook voor het verkrijgen van niet-voedsel objecten.
Nee niet later, maar nu!
Een andere verandering is dat mensen geneigd zijn om te kiezen voor de ‘beloning’ die snel beschikbaar is, zelfs als er op een later moment een betere of grotere ‘beloning’ beschikbaar is. Een beloning is hierbij wederom een voedsel of niet-voedsel object.
Iets anders doen? Nee, dank je
De veranderingen zorgen er dus voor dat de kans groter is dat we zo snel mogelijk voedsel krijgen. Deze veranderingen worden aangevuld met de neiging om juist ander gedrag te verminderen. Zo wordt energie gespaard. Bij hongerige dieren is vastgesteld dat ze minder geneigd zijn om hun gebied te verdedigen of om paringsgedrag te vertonen, als ze honger hebben.
Zoals ik eerder al zei, ga ik bij honger in de ‘nee-modus’. Ik heb geen zin om veel te doen, inclusief nadenken over moeilijke vragen. Ik zit dan in de energiebespaarstand. Als je een hongerige gesprekspartner hebt, dan kan deze weinig zin hebben om diep na te denken over je voorstel of andere moeite te doen. Na een broodje kan hij of zij meer interesse hebben in moeite doen voor jouw voorstel.
Aspect 2. Leeglopende batterij: Wanneer honger samengaat met energietekort
Uiteraard kan honger ook gepaard gaan met een gebrek aan energie, zoals een glucose tekort. Als dat het geval is, kun je te weinig energie hebben om bepaalde systemen optimaal te laten functioneren. Zoals bijvoorbeeld de prefrontale cortex die ons normaal goed helpt met geduld. We hebben onze prefrontale cortex nodig op het moment dat we willen afwijken van onze eerste (geïrriteerde) reactie. Maar hier hebben we wel voldoende energie voor nodig.
Het verschil tussen de leeglopende batterij en de ‘drive state’ is dat de drive state meer gaat over een neiging en energietekort meer gaat over wat daadwerkelijk mogelijk is. Denk maar aan je telefoon of laptop die overschakelt op de batterijbespaarstand als je batterij bijna leeg is. Je apparaat doet dan een voorstel voor bepaalde gedragingen, zoals schermhelderheid verlagen en bepaalde programma’s uitzetten. Maar jouw apparaat kán wel nog steeds met een volledig helder scherm werken. Dus jij kan dat voorstel, die neiging, negeren en het schermpje weer op volle kracht zetten. Maar als jij hem niet op een gegeven moment in de lader steekt, dan valt je apparaat uit en houdt het echt op.

Aspect 3. Concurrerende doelen: Wanneer honger niet het enige is dat ons gedrag bepaalt
Een laatste factor die onze reacties bij honger complex maakt, is dat we ook gemotiveerd kunnen worden door andere doelen.
Een goed voorbeeld is wanneer pijn en angst concurreren. Pijn activeert herstellend gedrag, zoals terugtrekgedrag, rust nemen en zelfzorg. Angst kan echter pijn onderdrukken. Een vleeswond aan je arm is natuurlijk minder belangrijk wanneer je wordt aangevallen door een tijger. Op dat moment moet juist gedrag geactiveerd worden waarbij je weg kunt rennen of kunt vechten. In dat scenario is er dus wel een wond die normaal pijn zou doen en bijbehorend herstelgedrag zou activeren. Dit gebeurt alleen nu even niet omdat er andere prioriteiten zijn.
Zo kan je ook ‘honger’ hebben (in de zin dat je lichaam signalen ontvangt zoals leging van de maag), zonder dat je de honger voelt. Het kan dan ook zijn dat niet alle gedragingen van de honger ‘drive state’ merkbaar zijn. Dit gebeurt vooral als tegenovergesteld gedrag sterker geactiveerd wordt door je andere doelen.
Op kantoor kan je bijvoorbeeld bezig zijn met een belangrijke taak die je graag wil afmaken. Het gedrag om achter de computer te blijven zitten, kan dan sterk geactiveerd worden. Je vertoont dan niet het tegenovergestelde gedrag van opstaan om een broodje te pakken. Het kan ook zijn dat je, ondanks de honger, nog steeds zorgvuldig nadenkt omdat je meer angst hebt om het te verprutsen dan dat je honger hebt.

Concurrerende doelen laten het effect van honger niet zomaar verdwijnen
Het is echter niet zo dat je geen negatieve effecten ervaart van honger als je je focust op een ander belangrijk doel. Sowieso kan een energietekort je cognitieve prestaties aantasten. Maar ook bij milde honger is iemand niet zomaar immuun. Het is namelijk onwaarschijnlijk dat het andere doel samengaat met alle gedragingen die het tegenovergestelde zijn van de gedragingen die door honger geactiveerd worden.
Iemand kan bijvoorbeeld heel alert zijn op het nemen van veilige, niet-risicovolle beslissingen en daardoor hier wél goed over nadenken ondanks de honger. Dezelfde persoon is op dat moment mogelijk minder gefocust op de beste beslissing nemen in termen van grootste voordeel. Hij of zijn kan dan vanuit de honger drive geneigd zijn om te kiezen voor de beloning die direct beschikbaar is in plaats van een betere beloning die later vrijkomt.
Honger op de werkvloer
Soms hebben we te maken met hele lange meetings of meetings die uitlopen over de standaard lunchtijd heen. Het is moeilijk om te voorspellen hoe iemands gedrag precies beïnvloed zal worden door honger, vanwege de drie redenen hierboven. Ook verschilt het per persoon in welke mate iemand op dat moment honger zal hebben. Dit heeft te maken met heel veel factoren waaronder het tijdstip waarop iemand voor het laatst heeft gegeten, hoeveel en wat diegene heeft gegeten en wat het metabolisme is van het individu.
Hierdoor kan het zijn dat jij op een bepaald moment aan het afzakken bent in zuurpruim modus en de voorzitter nog vrolijk doorgaat. Of juist dat jij je nog helemaal kwiek voelt met die notenreep in je buikje, maar dat je collega overhaaste beslissingen wil nemen.
Omgaan met de effecten van honger bij jezelf en anderen
Ik ben zelf iemand die behoorlijk gevoelig is voor de effecten van honger. Inmiddels merk ik aan mijn eigen reacties wanneer ik in overrijpe zuurpruim modus ben beland en zorg ik dan dat ik gesprekken of beslissingen pauzeer. Ik vertrouw gevoede Julia namelijk meer dan hongerige Julia.
En soms merk ik bij anderen dat ze dwarser over komen dan normaal. En als ik dan weet dat ze al lang niks meer hebben gedronken of gegeten, dan stel ik voor om even een drankje of hapje te pakken. Verandert er daarna iets? Dan speelde honger of dorst waarschijnlijk een rol. Verandert en daarna niets? Dan was dat het niet.
Natuurlijk zijn dergelijke interventies niet altijd mogelijk. En het moet ook niet nodig zijn om anderen te gaan bemoederen. Maar honger is nu eenmaal wel een factor die het gedrag van mensen kan beïnvloeden. Mensen zijn hele complexe wezens en er zijn veel factoren die invloed hebben op ons gedrag. Honger is er daar één van. Door honger te managen verandert natuurlijk niet alles bij jezelf of anderen. Maar het is wel een radartje waar je aan kan draaien op het moment dat het belangrijk is en jij die moeite wil nemen.
Belangrijkste referentie
Smith, N.K., & Grueter, B.A. (2021). Hunger-driven adaptive prioritization of behavior. The Febs Journal, https://doi.org/10.1111/febs.15791
P.S. extra nuance over het begrip ‘ honger’
* Met het woord ‘honger’ kunnen verschillende dingen bedoeld worden. In dit stuk heb ik het vooral over honger gehad als drijftoestand. Er zijn echter ook andere perspectieven op honger. Stevenson onderscheid in zijn artikel twee typen honger: specifieke honger en generieke honger. Specifieke honger is vooral gerelateerd aan lekker eten. Specifieke honger kan geactiveerd worden door het zien een reclame of iets lekkers ruiken. We hebben dan specifiek zin in dat voedselproduct.
Generieke honger daarentegen wordt geactiveerd door interne veranderingen, zoals leging van de maag, of door tijdsgebonden cues, bijvoorbeeld dat het lunchtijd is. In dit artikel ging het vooral over generieke honger.
Referentie m.b.t. twee types honger:
Richard J Stevenson, The psychological basis of hunger and its dysfunctions, Nutrition Reviews, Volume 82, Issue 10, October 2024, Pages 1444–1454, https://doi.org/10.1093/nutrit/nuad092
Gerelateerde blogpost
Ik post elke week. 🥳 Lees je mijn nieuwste posts liever op LinkedIn? Je bent van harte welkom om me daar te volgen. Klik hier om naar mijn LinkedIn profiel te gaan.