Toen ik in een viral post las dat 120 minuten natuur je welzijn verbetert, was ik al snel aan het rekenen: vier wandelvergaderingen van 30 minuten en het is al afgetikt! Maar dat klonk te mooi om waar te zijn. Dus dook ik in de vraag: hoe werkt natuur eigenlijk voor welzijn? Wanneer werkt het niet en wanneer wél?
Waarom kun je je natuuruurtjes niet zomaar aftikken voor meer welzijn?
Onderzoek laat duidelijk zien dat tijd doorbrengen in de natuur, en zelfs kijken naar de natuur, eenpositief effect heeft op welzijn. Sommigen adviseren 120 minuten per week. Nou kun je denken zoals ik: vier keer een 30-minuten meeting in het park, en klaar toch?
Niet helemaal.
Het werkt namelijk niet om de natuur “mee te nemen” in een werkoverleg. Een groot deel van het positieve effect van de natuur is dat het je aandacht kan trekken en vasthouden, zonder acties of uitgebreide mentale verwerking te vragen. Dit wordt ook wel de ‘zachte fascinatie’ van natuur genoemd. Een bloem kan dit doen, maar ook ritselende bladeren of een kronkelende boom.
De natuur stimuleert genoeg om je aandacht vast te houden, zonder verveling. Tegelijkertijd vraagt de visuele input van de natuur minimaal (mentaal) energieverbruik en voelt het veilig. Je gedachten gaan niet meer naar alles wat je nog moet doen of wat fout kan gaan. En daardoor reageert je lichaam ook even niet op die to-do-lijst en die potentiële gevaren, maar – rust.
Tijdens een vergadering buiten is je brein nog steeds intensief bezig. Ja, het uitzicht is fijner dan een grijze muur of fel scherm, en daglicht ondersteunt humeur en slaapritme. Maar het loskomen uit je hoofd en opgaan in iets dat je brein vanzelf begrijpt en veilig vindt, verdwijnt achter de vergaderagenda.
Wil je de volle kracht van natuur benutten?
Dan helpt het om dit expliciet te doen. Wandelen of zitten met als doel te kijken en je te laten afleiden door een bloem of nieuw blad. Gevarieerde natuur werkt beter dan monotone. En ook binnen kun je zelf of als organisatie het verschil maken: liever een variatie aan planten dan overal dezelfde kantoorplant.
Overigens: het hoeft geen bos te zijn. Een kampvuur, een aquarium of natuurgeluiden kunnen hetzelfde zachte-fascinatie-effect oproepen.
Maar naar buiten gaan blijft het mes dat aan de meeste kanten tegelijk snijdt: frisse lucht, daglicht, beweging én het wegkomen van energie slurpende prikkels.
Dus ja, de natuur is fantastisch voor ons welzijn. Maar dit effect kun je niet ‘hacken’ door alleen je minuten af te vinken. En een plant op iemands bureau zetten lost ook niet alles op. Zoals altijd is de weg naar welzijn complexer en kost het tijd, moeite en bewuste inzet. Maar op het moment dat je gegrepen wordt door de zachte fascinatie, dan is het leven juist weer heel even, heel simpel.
Of zoals mijn oma altijd zei bij bijna elke bloem in de berm: ‘kijk, wat mooi!’
Gerelateerde posts
Ik post regelmatig. 🥳 Lees je mijn nieuwste posts liever op LinkedIn? Je bent van harte welkom om me daar te volgen. Klik hier om naar mijn LinkedIn profiel te gaan.